zondag 20 februari 2011

Accepteren of berusten?


Afgelopen week was ik in de sneeuw (althans wat daar voor doorging) en na het skiën en tijdens de terugreis, las ik het boekje van Daniel Ofman: He, ik daar…?! Ofman laat daarin de rijkheid van het werken met het kernkwadrant zien, waarbij het achterliggende motto steeds is: hoe kom ik meer tot leven in plaats van te overleven?
Hij citeert Howard Thurmon:

Don’t ask what the world needs
Rather ask what makes you come alive
Then go ahead and do it,
Because what the world needs
Is people who have come alive.

Wat in mijn hoofd bleef hangen is het onderscheid dat Ofman maakt tussen berusting en acceptatie. Hij schrijft daarover: “… Helaas overkomen ons soms dingen waar we machteloos tegenover staan. We zijn als mens immers niet almachtig en het lot confronteert ons soms met pijnlijke gebeurtenissen waar we werkelijk niets aan kunnen doen. In die gevallen hebben we de keuze tussen berusten en accepteren. Accepteren, hoe moeilijk dat soms ook is, wil zeggen dat je de realiteit onder ogen ziet, accepteert dat het is zoals het is, zonder schuldvraag het verleden loslaat en verdergaat. Berusten wil zeggen dat je de realiteit niet accepteert, vasthoudt aan het verleden, het leven of iemand anders de schuld geeft en achterblijft met gevoelens van wrok. Daarmee verdwijnt de vitaliteit uit je leven…” (p. 134)

Dit bleef in mijn hoofd hangen, omdat ik het koppelde met wat ik vorige week in mijn blog schreef over posities die mensen in (werk)relaties kiezen en de noodzaak om te komen tot gelijkwaardige relaties, waarin op een volwassen manier verantwoordelijkheid voor eigen doen en laten wordt genomen. Pas dan komt de energie en de (intrinsieke) motivatie.
Als begeleidingskundige zou het een interessante vraag zijn om aan mensen voor te leggen: met wie wil je deze verandering liever te lijf gaan: met iemand die hem accepteert of met iemand die erin berust?

Anderhalve week voordat wij naar de sneeuw vertrokken verzwikte ik mijn enkel behoorlijk, doordat ik de laatste tree van de trap miste. Ik wilde er niet in berusten dat ik niet zou kunnen skiën, dus na anderhalve tube arnica lukte het me net om mijn voet in mijn skischoen te krijgen. Ik kon niet als een gek skiën, maar het lukte. Mijn man was blij, want dit zou zijn kans zijn om eens een keer sneller de heuvel af te gaan dan ik. Maar helaas bleek ik hem, ondanks de blessure, nog steeds te snel af. Dus na het lezen van het bovengeciteerde stukje uit het boek van Ofman, vroeg ik hem: berust je er nu in, dat ik echt sneller kan skiën dan jij, of accepteer je het?
Tot op dit moment heb ik nog geen antwoord van hem gekregen.

1 opmerking:

  1. Dat zijn wijze woorden die Ofman aanhaalt: Coming alive! Ik denk dat ik dat maar eens ga proberen terwijl ik accepteer dat de organisatie waarin ik 10 jaar werk definitief gaat veranderen.

    BeantwoordenVerwijderen

Unbalanced Rock

Unbalanced Rock
Dubbelzinnigheid als startpunt voor organiseren: beweging en stevigheid